Webinar PsychoSociale Arbeidsbelasting in de praktijk - vragen en antwoorden

Op 3 februari heeft het webinar Psychosociale arbeidsbelasting in de praktijk plaatsgevonden. Tijdens dit webinar zijn een aantal vragen gesteld, die wij hieronder beantwoorden. Het kan zijn dat vragenstellers hun vragen niet letterlijk terugvinden. Vergelijkbare vragen zijn samengevoegd en om de leesbaarheid te verhogen zijn ze soms anders geformuleerd.

  1. Een organisatie dient psa op te nemen in het beleid. Welk beleid wordt hiermee bedoeld? Abobeleid, HR-beleid of anders?
     
  2. In een medewerkersonderzoek wordt vaak gevraagd hoe een medewerker de werkdruk ervaart. Wanneer moet je je als organisatie druk gaan maken om werkdruk. Kun je daar een bepaald % (werkdruk niet goed) of een benchmark voor aangeven?
     
  3. Hoe wordt aangekeken tegen een vragenlijstonderzoek versus gesprekken en kwalitatief onderzoek? Is er een voorkeur voor een vragenlijstonderzoek?
     
  4. Wat kan een HSEQ adviseur binnen een bedrijf ten aanzien van PSA betekenen, is het alleen signaleren of ook een luisterend oor?
     
  5. Welke PSA-vormen zijn naar uw inschatting bij Waterschappen het meest prominent aanwezig? M.a.w., waar zitten de grootste risico's?
     
  6. Wat is het verschil tussen PAGO en PMO?

 

1. Een organisatie dient psa op te nemen in het beleid. Welk beleid wordt hiermee bedoeld? Abobeleid, HR-beleid of anders?
Het beleid kan op verschillende plaatsen geïntegreerd worden. Meestal worden de beleidsuitgangspunten opgenomen in het HR-beleid (bijvoorbeeld in de beleidsverklaring) en de uitvoeringsregelingen in het arbobeleid. 
 
2. In een medewerkersonderzoek wordt vaak gevraagd hoe een medewerker de werkdruk ervaart. Wanneer moet je je als organisatie druk gaan maken om werkdruk. Kun je daar een bepaald % (werkdruk niet goed) of een benchmark voor aangeven?
De vraag hoe ervaar je de werkdruk is een waarde neutrale vraag. Je kunt beter de vraag stellen: ervaar je de werkdruk als een knelpunt? Gemiddeld ligt het aantal medewerkers dat werkdruk als een probleem ervaart rond de 30%. Maar dit is sterk wisselend per branche en organisatie. 
 
3. Hoe wordt aangekeken tegen een vragenlijstonderzoek versus gesprekken en kwalitatief onderzoek? Is er een voorkeur voor een vragenlijstonderzoek?
Bij een vragenlijstonderzoek bereik je meer mensen dan bij een kwalitatief onderzoek (interviews). De keuze hiervoor ligt vaak ook bij het soort bedrijf (aantal medewerkers, niveau en werkzaamheden). In een kwalitatief onderzoek kun je de medewerkers beter betrekken bij de mogelijke oplossingen om de werkdruk te verminderen. De voorkeur gaat uit naar een combinatie. Eerst een vragenlijstonderzoek en op basis van de uitkomsten groepsinterviews met medewerkers. Hiervoor kun je het Werkstressoren en Energiebronnen (WEB)-model dat is ontwikkeld door Eva Demerouti, Arnold Bakker en Wilmar Schaufeli gebruiken. Het WEB-model heeft vijf uitgangspunten:
  • In elke organisatie zijn potentiële stressoren en energiebronnen aanwezig.
  • Er zijn twee processen werkzaam: een erosieproces (rood), dat welzijn en gezondheid ondermijnt en een motivatieproces (groen) dat bevlogenheid bevordert. Persoonlijk hulpbronnen spelen een rol bij beide processen. Zowel het erosie- als het motivatieproces zijn gerelateerd aan organisatiegevolgen en bedrijfsresultaat.
  • Energiebronnen en persoonlijke hulpbronnen verminderen de negatieve effecten van werkstressoren. Zij beschermen medewerkers als het ware tegen stress.
  • Het motivatieproces werkt als een opwaartse spiraal. Hoe meer bevlogen de persoon, hoe meer steun en positieve feedback. Hierdoor wordt de bevlogenheid in stand gehouden.
  • Bevlogenheid en burnout zijn "besmettelijk". Het kan dus overgaan van collega op collega.
 
4. Wat kan een HSEQ adviseur binnen een bedrijf ten aanzien van PSA betekenen, is het alleen signaleren of ook een luisterend oor?
Alleen signaleren door instrumenten te ontwikkelen in het beleid. Uiteraard kan een luisterend oor altijd vanuit collegialiteit. Het advies luidt om het niet in de taak op te nemen. Medewerkers kunnen altijd terecht bij de leidinggevende, de vertrouwenspersoon of de bedrijfsarts. 
 
5. Welke PSA-vormen zijn naar uw inschatting bij waterschappen het meest prominent aanwezig? M.a.w., waar zitten de grootste risico's?
Voor waterschappen is een arbocatalogus PSA opgesteld. Hierin staan de risico’s en ook mogelijke oplossingsrichtingen. Klik hier voor de arbocatalogus.
 
6. Wat is het verschil tussen PAGO en PMO?
Een PAGO bevat de wettelijk verplichte onderdelen. Bijvoorbeeld het risico is schadelijk geluid: PAGO is dan uitsluitend gehooronderzoek. Dit is een verplichting uit de arbowet. Een PMO bevat ook niet verplichte onderdelen zoals leefstijl, hart- en vaatziekten en het werkvermogen. Een PMO is een instrument in een beleid Duurzame inzetbaarheid.  
 
 
 

© SCCM   Webdesign: insandouts

Recente tweets over #ISO14001, #ISO45001 en #ISO50001